lunes, 11 de noviembre de 2024

Hoe redden we het onderwijs in Nederland?



De Crisis in het Nederlandse Onderwijs

Het Nederlandse onderwijssysteem kampt al jaren met achteruitgang in de basisvaardigheden van leerlingen, met name in rekenen en taal. Slechts 12% van de basisscholen behaalt de rekendoelen, terwijl de overige scholen moeite hebben om zelfs het fundamentele niveau te bereiken. Dit gebrek aan vooruitgang heeft verstrekkende gevolgen: kinderen die niet goed kunnen rekenen of lezen, lopen op lange termijn aanzienlijke achterstanden op. Deze tekortkomingen hebben een negatieve invloed op hun verdere onderwijsloopbaan en carrièrekansen. Volgens Sesin Jangir, directeur van een bijlesinstituut gespecialiseerd in rekenen, is het onacceptabel dat het onderwijs kinderen niet beter voorbereidt op de toekomst. Zijn missie is om met nieuwe en betere onderwijsmethoden scholen te helpen, zodat bijlesinstellingen uiteindelijk overbodig worden. Het probleem is niet alleen zichtbaar in cijfers en statistieken, maar ook in de dagelijkse realiteit van de klaslokalen, waar kinderen met moeite complexe sommen en basistaken uitvoeren.

De Innovatieve Aanpak van Foutloos Rekenen

Sesin Jangir introduceerde een nieuwe benadering, Foutloos Rekenen, die eenvoud en systematiek in het onderwijs terugbrengt. De methode richt zich op het stapsgewijs aanleren van rekenvaardigheden, waardoor leerlingen de basisprincipes sneller begrijpen en toepassen. In tegenstelling tot reguliere methoden, die vaak omgeven zijn door ingewikkelde contextuele oefeningen en uitgebreide tekstuele uitleg, biedt Foutloos Rekenen een heldere en directe aanpak. Deze methode is speciaal ontworpen om leerlingen van verschillende achtergronden dezelfde kansen te bieden om zich de leerstof eigen te maken. Scholen zoals de Alan Turing School zagen al snel een verbetering in hun rekenresultaten nadat de leraren een speciale cursus volgden om de methode onder de knie te krijgen. Door de nadruk te leggen op herhaling en het opschrijven van sommen, helpt Foutloos Rekenen leerlingen om de leerstof niet alleen te begrijpen, maar ook te verankeren in hun lange termijngeheugen. Dit maakt een fundamenteel verschil, vooral voor kinderen die moeite hebben met het begrijpen van complexe vraagstukken.

De Rol van de Overheid en Systemische Uitdagingen

Hoewel de overheid de neerwaartse trend in onderwijsresultaten heeft erkend, is de respons tot nu toe onvoldoende gebleken. Timon Verheule van het ministerie van OCW heeft aangegeven dat er nu meer wordt geprobeerd om ondersteuning te bieden aan scholen. Dit omvat het delen van kennis over effectieve methodieken en het creëren van een betere kennisinfrastructuur. Desondanks blijft het probleem bestaan dat de uitvoering van de methoden op scholen niet altijd optimaal is. De vrijheid van onderwijs, verankerd in artikel 23 van de Grondwet, betekent dat scholen zelf beslissen welke methoden zij toepassen. Dit kan leiden tot een ongelijk speelveld waar sommige scholen in slagen en andere achterblijven. Jangir pleit voor meer consistentie en eenvoud in het lesmateriaal, omdat de complexiteit van sommige methoden juist kinderen met een taalachterstand benadeelt. Zijn observaties worden bevestigd door ervaringen in de klas: methoden die rekenen en taal ingewikkeld combineren, maken het leren moeilijker voor leerlingen die al extra ondersteuning nodig hebben.

Naar een Duurzame Oplossing

De idealen van Sesin Jangir en andere onderwijsvernieuwers zijn gericht op het creëren van een omgeving waarin alle kinderen zonder externe bijlessen hun potentieel kunnen bereiken. De huidige trend waarin ouders noodgedwongen kiezen voor dure bijlesprogramma's, benadrukt de gebreken van het reguliere onderwijs. In sommige gevallen nemen scholen zoals de Alan Turing School het heft in eigen handen door hun leraren extra trainingen aan te bieden en naschoolse begeleiding te faciliteren. Dit toont aan dat interne inzet een verschil kan maken. Jangir ziet een toekomst waarin scholen, ondersteund door effectieve en eenvoudige methodes zoals Foutloos Rekenen, in staat zijn om het basisniveau van alle leerlingen te verhogen. Dit vereist echter meer betrokkenheid van zowel de overheid als de scholen zelf. De overheid moet een actievere rol spelen bij het evalueren en verspreiden van bewezen effectieve methodieken, zonder de autonomie van scholen volledig in te perken. Alleen door samenwerking en gedeelde verantwoordelijkheid kan het Nederlandse onderwijs weer vooruitgang boeken. Zo kan de visie van Jangir werkelijkheid worden: een onderwijssysteem waarin elk kind toegang heeft tot kwalitatief goed onderwijs, zonder dat extra bijlessen noodzakelijk zijn.