Welkom bij Thomas Tolk, het gesprek over de vraag: "Wat maakt een mens tot mens?" Vandaag spreek ik met Colette van de Fans, journalist en publicist, en tevens auteur van het boek Het kwaad en ik, dat gaat over het kwaad in de mens en de maatschappij, en hoe we dat zoveel mogelijk kunnen beteugelen. Colette, is het kwaad een entiteit op zichzelf, zoals sommige verhalen, films of levensbeschouwingen ons voorhouden, of is het kwaad gebonden aan mensen? Colette: In mijn optiek is kwaad heel erg gebonden aan mensen. Er zijn natuurlijk theorieën of visies waarin kwaad een eigen entiteit is, of het nu Satan is of een andere kracht. Maar in mijn ogen is het kwaad sterk verbonden aan mensen, omdat het intentioneel geweld is. Het is willens en wetens dat de ene mens de andere mens pijnigt, kwetst of geweld aandoet — fysiek, verbaal of mentaal. Het gebeurt met opzet, dus voor mij is het echt iets menselijks. Thomas: Ben je dan van mening dat er, buiten het relationele kwaad zoals je dat noemt, geen kwaad bestaat? Colette: Dat is een goede vraag. Wat nu veel in de belangstelling staat, is bijvoorbeeld wat de mens doet met de aarde — hoe we omgaan met alles wat ons is geschonken. Dat is ook een vorm van kwaad, maar een ander soort kwaad. Wat mij vooral intrigeert, is het specifieke kwaad van mensen onderling. In het hoofdstuk over Hajat, de psychiater in Gaza, beschrijf je hoe het feit dat kinderen hun vader gemarteld hebben zien worden diepe sporen nalaat. Ze ervaren dat degene die hen veiligheid zou moeten bieden, zelf ook niet veilig is. Op veel plaatsen in je boek komt naar voren dat negatieve ervaringen uit het verleden, vooral die welke onveiligheid veroorzaken, op hun beurt kunnen leiden tot misdaden door de volgende generatie. Hoe werkt dat precies? Colette: Je kunt alleen leren lezen en schrijven als je cognitief geschoold wordt, net zoals je alleen kunt leren wat empathie is en wat liefhebben is als je emotioneel geschoold bent. Je kunt enkel leren wat veiligheid is als je veiligheid hebt ervaren. Kortom, je kunt eigenlijk alleen leren leven op basis van wat je zelf is voorgeleefd. Op het moment dat haat, onverschilligheid of geweld jou is voorgeleefd, dan wordt dat je referentiekader. Mijn hele zoektocht naar het kwaad begon toen ik als orthopedagoog werkte in het Lloyd Hotel, destijds een jeugdgevangenis. Ik voerde persoonlijkheidsonderzoek uit en sprak uren met jongeren om rapporten voor de rechter te maken, bijvoorbeeld over de kans op recidive. Op een bepaald moment kon ik een soort blauwdruk maken van de jongens die daar terechtkwamen: allemaal kwamen ze uit ellendige situaties — gebroken gezinnen, mishandeling, alcoholisme, geweld, werkloosheid. Toen dacht ik: het is niet zo vreemd dat zij aan deze kant van de tafel zitten en ik aan de andere kant. Als je zo weinig hebt meegekregen in je leven, is het niet gek dat je verkeerde keuzes maakt.