Als ik de vraag gesteld krijg: Wat kan ik doen, dan zeg ik altijd: stop met het zijn van een individu. Dat is het eerste. Je bent een individu, ja, je hebt een limiet aan je vleeshemd, maar je kunt altijd een onderdeel worden van een campagnegroep die een regressieve situatie ombuigt naar een progressieve situatie. Activist en onderzoeker Vatan Hüzeir begon tien jaar geleden met zijn actiegroep Fossielvrij een strijd tegen de fossiele industrie. Met een handjevol mensen zorgde hij ervoor dat grote bedrijven miljarden uit de fossiele industrie trokken. Welke strategieën neemt hij mee naar de problemen in de wereld van nu? Mijn naam is Vatan Hüzeir. Ik ben actief in de ABP fossielvrij-campagne, waarbij we het ABP-pensioenfonds vragen om hun investeringen in de fossiele energie-industrie te stoppen. Bij ABP bouwen miljoenen mensen hun pensioen op. Het is een van de grootste pensioenfondsen ter wereld. Het ABP-pensioenfonds investeerde miljarden en miljarden in de fossiele energie-industrie. Daarmee zijn heel veel mensen in Nederland ongewild medeplichtig aan het faciliteren van klimaatverandering. Wat is jullie uiteindelijke doel? Is het doel bereikt als wij uit de fossiele energie stappen? Ja. Maar welk doel is dan bereikt? Het doel dat je niet zodanig medeplichtig bent aan klimaatverandering dat je een basisvoorwaarde voor het leven, zoals wij dat kennen, ondermijnt.
Dit was niet het eindpunt van de strijd. Het heeft nog een tijd geduurd. We hebben hierna nog zes jaar campagne gevoerd om het fonds zo ver te krijgen. Uiteindelijk werden ze overtuigd van ons gelijk. De tien grootste pensioenfondsen hebben het afgelopen jaar voor zo'n 15 miljard euro aan investeringen in de fossiele industrie verkocht. Het gaat bijvoorbeeld om aandelen in oliebedrijven als Shell en BP. Ik ben wel trots dat het is gelukt. Het merendeel van het pensioengeld in Nederland is inmiddels gedivesteerd uit de fossiele industrie, en dat is een grote overwinning. Zulke ervaringen gaven ons ook het gevoel: Wacht even, vechten tegen de bierkaai, David tegen Goliath, het is te doen, het kan. Als je het maar wil. In het Nieuwe Instituut in Rotterdam, een museum vol toekomstvisies, geeft Vatan workshops over hoe je effectief de macht kunt ondermijnen. Bij het ontwerpen van elke activistische campagne heb je een target waar je mee vertrekt. Je weet, in ons geval: we willen klimaatverandering tegengaan. Een goede manier om erachter te komen welke opties je hebt om klimaatverandering te stoppen, is door de sociale orde, de status-quo, op te splitsen in drie grote dimensies: sociale structuren (denk aan de economie, de media, het recht, kennis), gedrag (alledaags gedrag), en culturele overtuigingen.
Je kunt je dan afvragen: welke van deze zaken beïnvloeden klimaatverandering en houden het probleem dat jij aanpakt in stand? Dan schrijf je bijvoorbeeld op: "Ik denk dat onze dagelijkse blootstelling aan de fossiele energie-industrie klimaatverandering beïnvloedt." Of dat het culturele geloof dat een weekend shoppen in New York moet kunnen, oké is omdat iedereen zo vrij mogelijk moet zijn om te reizen. Uit al die ingrediënten kies je een focus. In het geval van klimaatverandering koos ik voor de fossiele energie-industrie. Dit staat voor de macht van de fossiele energie-industrie of wat jij wilt aanpakken. We stelden de fossiele energie-industrie centraal en gingen dieper in op de vraag: wat is er nodig om die industrie te laten functioneren? Zolang de fossiele industrie een rol heeft in de samenleving, belemmert dat het nadenken over echte verandering. Dus het wegnemen van hun invloed in bijvoorbeeld pensioenfondsen was een doel. De traditionele kijk op macht ziet macht als iets dat besloten ligt in de top van een piramide, waarvan de beslissingen doorwerken naar beneden. Activisten zien macht als iets dat wordt toegekend vanuit de samenleving aan de top van bijvoorbeeld ABP of Shell. Macht is een omgekeerde piramide, afhankelijk van ondersteuningsstructuren.
Beslissingen van ABP hebben maatschappelijk draagvlak als ze gesteund worden door hun pensioendeelnemers. Shell kan rekenen op maatschappelijk draagvlak zolang het toegang heeft tot publiek kapitaal via investeringen van het ABP-pensioenfonds. Door de ondersteuningsstructuren aan te pakken, ondermijn je de macht van zulke entiteiten. Fossielvrij.nl is geïnspireerd door anti-apartheidsactivisten, die een soortgelijke manier van actievoeren gebruikten. Ze stelden het apartheidsregime van Zuid-Afrika centraal en ondermijnden het maatschappelijk draagvlak door bedrijven aan te pakken die met dat regime samenwerkten. Shell werd destijds ook aangevallen. Acties zoals 'Blij dat ik snij' illustreerden dit: activisten knipten tankpistolen af bij Shell-tankstations. Het doel was om de relatie tussen Shell en het alledaagse leven te verbreken en een discussie over hun legitimiteit te starten. Deze methoden zie je ook bij groepen zoals Fossil Free Culture, Reclame Fossielvrij en de BDS-beweging. Ze ondermijnen maatschappelijk draagvlak door publieke bewustwording te creëren.
Klimaatactivisten en BDS-activisten ondermijnen waarheidsclaims, zoals Shell's bewering dat ze 'groen' zijn. Met Fossielvrij wonnen we in de rechtszaal van KLM en bewezen we dat ze zich groener voordeden dan ze waren. We moeten als samenleving de capaciteit ontwikkelen om zin en onzin te scheiden. Dit zou al op basisscholen met het vak 'waarheidsvinding' kunnen beginnen. Politieke en bedrijfsbelangen kleuren waarheidsclaims. Er is ruimte voor een wet waarin je bestraft wordt als je weet of had kunnen weten dat een waarheidsclaim onwaar is en sociale of ecologische schade veroorzaakt. Dit zou geen beperking van de vrijheid van meningsuiting zijn, maar regulering van feiten. Shell ontkende in de jaren 70 en 80 publiekelijk het bestaan van klimaatverandering, terwijl ze intern de gevaren kenden. Later zaaiden ze actief twijfel over klimaatclaims, wat sociale en ecologische kosten met zich meebracht. De reputatie van bedrijven zoals Shell is essentieel. Zodra die ondermijnd wordt, verdwijnt het vertrouwen, zoals gebeurde met de tabaksindustrie. Reputatie gaat niet over populariteit, maar over voortbestaan.
We moeten een capaciteit ontwikkelen om met de waarheid om te gaan. Door snelle innovatie is dit cruciaal geworden. In de afgelopen eeuw zijn er innovaties geweest zoals vliegen, internet, en chemische stoffen zoals PFAS en DDT. Ze werden aanvankelijk als positieve ontwikkelingen gezien, maar hadden schaduwzijden. We moeten voorbereid zijn om bij nieuwe technologieën onderscheid te maken tussen zin en onzin. Het lijkt een lange weg, maar vanuit een sociologisch perspectief valt het mee. Denk aan het vrouwenkiesrecht, milieumaatregelen, en de 40-urige werkweek. Het waren lange strijdpunten, maar gingen uiteindelijk over in totale overwinningen. Het besef dat activistische groepen de machtsverhoudingen kunnen herdefiniëren, geeft hoop. Activisten zien niet de entiteit die ze bestrijden als machtig, maar formuleren zichzelf als de machtige entiteit die macht verleent. Dat geeft hoop op sociale verandering wanneer die nodig is.