Filosofie Magazine van februari gaat over de kloof tussen het volk en de elite. Wat mij betreft zijn dat behoorlijk abstracte begrippen waarin ik mezelf niet per se herken. Toch ben ik bang dat ik tot de elite gerekend word. Ik heb gestudeerd, ik lees Denecee en houd me ook nog bezig met hedendaagse kunst en filosofie. Dat zijn toch een paar stevige indicatoren voor iets elitairs. Dus, ervan uitgaande dat ik bij de elite hoor, is mijn alledaagse vraag: welke rol heb ik in onze maatschappij als onderdeel van de elite? Ik leg het voor aan René ten Bos, de Denker des Vaderlands. Hij schreef het boek Het Volk in de Grot, een allegorie op de grot van Plato. In dat boek legt hij uit waarom de mensen in die grot helemaal geen behoefte hebben aan de waarheid die buiten de grot te vinden is. En die waarheid wordt ook in onze tijd door de elite verkondigd. Hebben we nog iets aan die begrippen van elite versus volk? Leven ze nog met ons? Ten Bos: "Het is natuurlijk heel moeilijk te zeggen, omdat het begrip volk zoveel verschillende soorten betekenissen heeft gekregen, dat we eigenlijk niet meer precies weten wat volk is. En anderzijds zie je precies hetzelfde gebeuren met het begrip elite. Vroeger werd elite vaak geassocieerd met rijkdom: mensen die geen zorgen meer hadden over het einde van de maand, die naar de golfclub gingen en voor kernwapens waren. Dat was in mijn jeugd overzichtelijk. Maar geleidelijk aan is het idee ontstaan dat elite ook te maken heeft met bepaalde functies die je in de samenleving vervult, bijvoorbeeld bestuurders. Tegenwoordig associëren we elite vaker met een universitaire achtergrond en opleiding." De tekst gaat verder met een discussie over de verschuivende betekenis van de begrippen "elite" en "volk", en de rol die deze groepen spelen in de samenleving. Ten Bos reflecteert ook op zijn eigen ervaring als iemand die van arbeidersafkomst is, maar inmiddels hoogleraar is geworden, en bespreekt de complexiteit van zijn positie tussen deze twee werelden.